Jeroen Bosch Ziekenhuis: ontregelen van het verouderde DOS-protocol

Verpleegkundigen uit het Jeroen Bosch Ziekenhuis moesten de Delirium Observatie Screening (DOS) zó vaak inzetten, dat het z’n doel voorbijschoot. Daarom ontregelt Marijne Coppens, verpleegkundige op de cardiologieafdeling en coördinerend medewerker, deze handeling. Ze doet dit samen met haar collega-verpleegkundige Kayleigh Haans. Hoe zorgen zij voor een even goede screening, maar dan met minder administratielast?

“Exemplarisch vond ik dat collega’s zeiden dat ze precies wisten hoeveel bolletjes ze links en rechts aan moesten vinken om op ‘geen delirium’ uit te komen”, zegt projectleider strategie en innovatie Loes Arts. Zij begeleidt de verschillende ontregelprojecten binnen het ziekenhuis. “Ze vullen de screening dus op de automatische piloot in als ze op basis van hun klinische blik al zien dat er geen sprake van een delirium is.” Verpleegkundige Coppens vult aan: “We vroegen ons daarom af of de DOS ons nog wel scherp houdt in ons werk, of vooral een afvinklijstje is geworden”.

Varen op klinische blik

“Ons initiële plan was daarom om het instrument helemaal af te schaffen, en volledig op onze klinische blik af te gaan”, zegt Coppens. “We kregen ook steun vanuit de betrokken geriater om daar een pilot mee te doen. Maar uit een enquête onder onze collega-verpleegkundigen bleek dat zij de DOS wél een nuttig instrument vinden. Ze wilden ‘m dus behouden, maar dan wel in andere vorm. Met een stuk minder administratielast.”

Protocol van 20 jaar oud

“Samen met mijn collega Kayleigh heb ik onderzocht hoe we dat mogelijk konden maken”, gaat Coppens verder. “We kwamen er toen achter dat de drie anamnesevragen, op basis waarvan we de DOS wel of niet inzetten, niet allemaal relevant waren. Deze zijn namelijk overgenomen uit het protocol van dementie. Eén van de vragen is of iemand de afgelopen 24 uur hulp nodig had bij zelfzorg. Dit is geen risicofactor voor het ontwikkelen van een delirium, terwijl 30% van alle DOS-screenings ingezet wordt vanwege alleen een ‘ja’ op deze vraag. Hoe die vraag precies in de anamnese terecht is gekomen, konden we niet meer achterhalen. Het protocol is al ruim 20 jaar oud, en in de tussentijd nooit echt herzien.”

EPD werkt niet mee

“Het weglaten van deze vraag scheelt een hoop screenings”, zegt Coppens. “Zeker nu onze patiëntenpopulatie zo aan het veranderen is en steeds meer mensen hulpbehoevend zijn. Dat was dus ook onze pilot: we slaan deze vraag uit de anamnese tijdelijk over op de afdelingen cardiologie en interne geneeskunde, om te kijken wat dit oplevert. We hadden gehoopt dat de vraag ook uit ons elektronisch patiëntendossier (EPD) HiX kon worden geschrapt, maar dat bleek niet mogelijk in de pilotfase. De vraag zou dan namelijk voor iedereen worden geschrapt. We moeten dus zelf in de gaten houden of onze collega’s deze vraag wel echt overslaan.”

Alerter tijdens screenings

“De resultaten zijn heel goed. Het aantal keer dat de DOS is afgenomen is op de beide afdelingen gedaald: van 38% van alle opgenomen patiënten naar 18% bij de interne geneeskunde en van 22% naar 14% bij de cardiologie. Jaarlijks moet dit een tijdsbesparing van zo’n 62 uur voor de interne geneeskunde opleveren en 48 uur voor de cardiologie,” licht Coppens toe. Arts vult aan: “Daarnaast geven veel verpleegkundigen aan alerter te zijn wanneer ze de DOS wel af moeten nemen, en ervaren ze minder werkdruk.” “En heel belangrijk: de verpleegkundigen hebben geen delier gemist door de verminderde afname”, zegt Coppens. “We willen de pilot daarom nu ook uitrollen naar andere beschouwende afdelingen. Ikzelf ben heel blij met dit resultaat. Als verpleegkundige ben ik nog steeds voorstander van de DOS, maar dan wel alleen ingezet om de juiste redenen. Onze administratielast is hoog, dus alles wat eraf kan is mooi meegenomen.”

Meer weten?